Het woonwinkelpand is een rijksmonument. De navolgende tekst is ontleend aan het rijksmonumentenregister.
De winkel met bovenwoning is in de periode van 1905 tot 1906 in opdracht van C. Christiaanse Jr. ontworpen door de architecten H.J. Jesse en W. Fontein. Zij ontwierpen een hoekpand in een sobere Art Nouveau stijl met elementen in de Vakwerkstijl. Het hoekpand staat in het beschermd stadsgezicht. De twee gevels van het pand grenzen aan de Maarsmansteeg en Kapelstraat. Op de tweede verdieping en onder de kap bevond zich de woning. In de opdracht stond bedongen dat de gevels aan de straatzijde geheel uit glas zouden bestaan. Bovendien mochten er geen kolommen in de winkel komen. Vandaar dat de architecten kozen voor een ijzeren skelet-constructie, die in de gevel tot uitdrukking komt. In eerste instantie zijn de ijzeren kolommen op blokken geplaatst, omdat het Zweedse graniet voor de neuten niet op tijd aanwezig was. Door de kolommen met vijzels te lichten, konden de blokken vervangen worden door de granieten neuten. De koepel op het torentje was oorspronkelijk bekleed met goudgeverfde stroken lood, dat vervangen is door zink. Het glas in de hoektravee op de eerste verdieping is vervangen door houten latten. De inmiddels vrijliggende achtergevel dateert uit de achttiende eeuw.
Omschrijving
Hoekpand van drie bouwlagen op vierkante plattegrond (van 8 bij 8 meter) onder een overstekend tentdak met geglazuurde gele tuile-du-Nordpannen en nokvorsten en een goot op gesneden klampen. Winkel op begane grond en eerste verdieping, woning op tweede verdieping en in kap. Boven de afgeronde hoektravee met overhoekse entree, een achtzijdig torentje van één extra bouwlaag onder een met zink gedekte koepel. Geklonken ijzeren skelet, in de gevel op de begane grond en eerste verdieping gevuld met glas in houten kozijnen. Op de tweede verdieping ijzeren vakwerk gevuld met een bruinrode geglazuurde baksteen, waarin kruisvensters met zestienruits bovenlichten. Beide identieke gevels twee traveeën breed, met daartussen de hoektravee. De traveeën worden van elkaar gescheiden door de kolommen van het ijzeren skelet. Tussen de verdiepingen de balken van het ijzeren skelet. Een plint van Zweeds graniet onder de etalagevensters. Etalagevensters op de begane grond en eerste verdieping in houten kozijnen met ruitvormige rasters in de afgeronde hoeken, in een identiek geornamenteerd ijzeren skelet. De overhoekse entree bestaat uit een glasdeur met een opgeklampt houten stootbord in een klein portaal. Waterdorpels onder de vensters van de tweede verdieping op de hoogte van de verdiepingsvloer. Een tweelichtskozijn in de achtergevel. Het tentdak wordt onderbroken door tweelichts dakkapellen onder lessenaardaken en bekroond door een piron. De extra verdieping van het torentje is een loggia met een gemetselde borstwering, een toegangsdeur en vierkante houten palen met gebogen korbelen waarop de koepel met een piron steunt. De ruimtes tussen de vloeren en plafonds zijn gevuld met zeegras.
Waardering
De winkel met bovenwoning is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische en architectuurhistorische waarde als voorbeeld van een winkelwoonhuis in een sobere Art Nouveau stijl met elementen in de Vakwerkstijl.
Bovendien is een op deze wijze toegepaste geklonken ijzeren skeletconstructie, waarbij het skelet is gebruikt als geledend element in de gevel relatief zeldzaam.
Stedebouwkundig is het hoekpand van betekenis vanwege de beeldbepalende situering in de binnenstad van Leiden. Het exterieur van de winkel is vrijwel gaaf.