Architect Fons Verheijen over Jesse
Oog voor detail
Hans Baaijens ontmoet Fons Verheijen in zijn woning Duinoord, in de volksmond wel de Theemuts genoemd, aan de Zeeweg in Katwijk. Ze kennen elkaar als buren van de Rijnsburgerweg in Leiden. Fons Verheijen heeft daar 28 jaar met zijn gezin gewoond. Fons is zelf ook architect, oprichter van Studio VVKH in Leiden en ontwerper van o.a. The Wall, het lange rode ontwerp, langs de A2 bij Utrecht en het hoofdkantoor van Achmea bij het Leidse station.
Fons was architect maar toen hij en zijn vrouw in 1988 het huis aan de Rijnsburgerweg kochten kende hij Jesse niet. Dat huis kocht hij niet omdat het van Jesse was maar omdat de architectuur en de locatie hen aansprak. Pas daarna is hij zich in Jesse gaan verdiepen. Zijn keuze voor de aankoop van Duinoord, het laatste ontwerp van Jesse, was wel een duidelijke keuze voor Jesse. Fons leidt me enthousiast rond in zijn huis en wijst daarbij op alle ideeën, oplossingen en details van Leiden. Je kunt dat goed meebeleven in dit filmpje.
Jaren terug spraken Fons en ik ooit over zijn plannen, zijn eigen huis te gaan ontwerpen. Ik concludeerde na zijn enthousiaste rondleiding door Duinoord dat die droom wel over zou zijn. Nou nee hoor, hij had die droom nog altijd en door het wonen in de dit huis waren zijn ideeën daarover weer verder uitgekristalliseerd.
Hans: “Als je een huis gaat ontwerpen voor jezelf en je vrouw zal dat, neem ik aan, moderne, hedendaagse architectuur zijn. Maar wat is er van Jesse dat je daarin meeneemt?”
Fons begint dan nadenkend een aantal verrassende aspecten te noemen. “Op de eerste plaats is dat de ligging t.o.v. de zon. Dit huis volgt geen rooilijn, maar is zo gedraaid de verschillende functies in huis gedurende de dag ideaal t.o.v. de zon liggen. Het moet dus een vrijstaand huis zijn wat gedraaid kan en mag worden. Dan, dit huis heeft een mooie centrale hal. Ik vind dat prachtig en heb er ook een houtkachel in aan laten leggen. Dat ging prima door de centrale schoorsteenpartij in dit huis. Mijn favoriete plek in huis voor cocooning. Handhaven dus. Op de derde plaats is dat de buitengewone aandacht van Jesse voor details”. Fons had me al eerder enthousiast gewezen op de vijfhoekige vensterbank van travertin in de erker. Deze was bijna honderd jaar geleden gemaakt zonder één enkele naad. Maar ook de raamsluitingen, het wijkende metselwerk bij de voordeur. Ook de in die tijd gebruikelijke randen langs het plafond tegen de muren, zijn door Jesse verplaatst naar de bovenzijde van de muren. Voor hem als architect tellen vooral dit soort aandacht en zorg in de detaillering. Daarvan kan hij dagelijks genieten.
Als minpunt van Jesse noteert hij dat de binnendeuren in huis, naar de ontwikkelingen van die tijd, vlakke holle deuren zijn. Fons vindt dat niet passen in dit huis, uit die tijd. In andere huizen van Jesse wordt dit ook niet aangetroffen.
Een andere oplossing van Jesse zal hij zeker ook gebruiken in zijn ontwerp: het overstekende dak zonder dakgoten. Het ontbreken van dakgoten was voor Jesse een praktisch keuze: de dakgoten in Katwijk zitten altijd vol ingewaaid duinzand. Het overstekende dak geeft zomers een mooie schaduw in huis en daardoor is het huis op een natuurlijke manier koeler. En bij regenval kijk je overal in huis naar een mooi gordijn van water.
Ook wijst hij op de centraal gelegen rookkanalen (CV, open haard), waardoor de warmte langer wordt vastgehouden en de aanwezigheid van een bijkeuken en een kelder, gelegen aan de koele kant van het huis.
Fons merkt tenslotte op dat een huis, op dit moment ontworpen, natuurlijk wel uit moet gaan van klimaatneutraal gebruik. Zo moeten de zonnepanelen dan integraal deel uitmaken van het dak en niet boven op het dak worden bevestigd. Zijn ontwerp zal dan ook starten met de vormgeving van het dak en de ligging t.o.v. de zon.
Hans Baaijens
Foto: Hielco Kuipers